Klanklandschappen
Doelgroep3de graad (5e/6e leerjaar)
BouwstenenMelodie en klank
Lesdoelen
Leerplandoelen
3.1 De LLN kunnen beelden, klanksymbolen en grafische notatie vocaal of instrumentaal verklanken.
5.2 De LLN kunnen klankeigenschappen en muzikale tegenstellingen ervaren en benoemen. 7.3 De LLN kunnen klankverschillen in stemgebruik en tessituur herkennen. 9.1 De LLN kunnen een klank- of muziekstuk ontwerpen vanuit een buitenmuzikaal gegeven. 13.2 De LLN kunnen actief deelnemen aan het groepsmusiceren en kunnen zich aanpassen aan de eisen van het samenspel. |
LesverloopDe les is opgebouwd in 3 grote fasen.
FASE 1 - inleiding (10')De LK schetst het kader van de les.
Ze geeft de LLN aan waar ze naartoe wil, nl. het verklanken van het schilderij ‘de duurzaamheid van de herinnering’ van Salvador Dali. Herinnerend aan de creatieve instap, bespreekt de LK samen met de LLN de elementen die ze in het schilderij herkennen: mieren, horloges, een voorwerp dat mogelijks dienst doet als wekker, de zee, het strand, iets wat op een slapend gezicht lijkt, een bromvlieg,...Ze komen tot de bevinding dat het schilderij best ‘vreemd aandoet’. Niemand heeft immers ooit al eens een smeltend horloge gezien. FASE 2 - opwarming (10')A) Klanken doorgeven
De LLN staan in een kring. De LK staat model en bedenkt een geluid bij één van de elementen uit het schilderij (vb: ‘zzzzzm zzzzzm zzzzzm’ als verklanking van de bromvlieg) en geeft dat door aan haar buur. Die neemt het geluid over en geeft het verder door in de kring. De LK herinnert de LLN tijdens deze activiteit aan het belang van een goede lichaamshouding en ademhaling bij het gebruik van de stem als instrument. De LK voorziet variatie in deze oefening door:
B) Klankenstrijd Om voldoende variatie te krijgen in de klanken, laat de LK twee LLN starten met het verklanken van een nieuw element uit het schilderij. Eerst vraagt de LK twee geluiden uit het schilderij te maken die de LLN zouden associëren met snelheid (vb. ‘triiiiiiing - triiiiiiing - triiiiiiing’ voor de wekker en ‘tektektektektek’ voor de mieren). De beide LLN geven hun klank opnieuw door in de kring, maar nu probeert de ene klank de andere in te halen. Daarna herhaalt de LK deze oefening, maar richt ze de aandacht van de LLN op beeldelementen die een traag geluid oproepen (vb. inademen - uitblazen voor de ‘slapende’ figuur en ‘tik......tik........tik........tik’ voor de klok). Nu is het de bedoeling dat deze klanken elkaar nooit inhalen! Ze zullen dus min of meer gelijktijdig de cirkel moeten rondgaan, waardoor de ritmegevoeligheid en het tempo van de LLN opnieuw wordt aangescherpt. De LK participeert de hele tijd mee in dit gebeuren. |
FASE 3 - verdieping en kern (20')A) Klanken vervormen
De LLN staan opnieuw in een kringopstelling. De LK staat opnieuw model en begint met een klank uit het schilderij (vb. ‘tak tak tak’ voor de rotsen), blijft deze herhalen en steekt de kring over tot aan de andere kant. Op deze manier wordt de klank doorgegeven aan iemand anders, die de opdracht krijgt de klank wat te vervormen: een korte klank wordt heel lang gevocaliseerd (tempo). De klank wordt een aantal keer doorgegeven tot deze klankverschillen aan bod gekomen zijn. B) Kriskras Alle LLN staan door elkaar in het lokaal. Nu beginnen verschillende LLN én de LK een klank uit het schilderij te vormen en ze geven die door aan iemand anders. Deze persoon stapt nu weg van zijn plaats, om iemand anders aan te duiden. Diegene die de klank doorgeeft, neemt m.a.w. de plaats in van de nieuwe klankenmaker. Tijdens het wandelen moet de klank opnieuw vervormd worden: een lage klank wordt heel hoog (volume). C) Verklanken en luisteren De LLN staan verspreid in het lokaal. Met gesloten ogen hebben ze elk een zelfgekozen klank bij één van de elementen uit het schilderij in het hoofd. Wie een tik van de LK krijgt, verklankt zijn gekozen deel. Als ze opnieuw worden aangetikt, stoppen ze met het maken van de klank. Daarna kan in deze oefening gevarieerd worden door verschillende LLN te laten optreden als dirigent: zij delen de tikjes uit. Ditmaal hebben de LLN hun ogen open. De LK speelt immers wel nog algemeen orkestleider: ze regelt het volume (door een handbeweging te maken naar omhoog of omlaag) en het tempo (door snelle of trage handbewegingen te maken). FASE 4 - eindopdracht en verwerking (15')A) Eindopdracht
De LK toont een ander schilderij uit het oeuvre van Dali, nl. ‘Station, voortijdig verbeend’. Ze houdt een brainstorm over de verschillende elementen op het schilderij. Ze deelt de LLN op in groepjes. Elk groepje krijgt even de tijd om de elementen uit het schilderij om te zetten in een aantal klanken. De LK loopt rond en richt de aandacht van de LLN op de klankeigenschappen die tijdens de les aan bod kwamen: stil/luid, vlug/traag, hoog/laag, kort/lang,... Daarna gaan de LLN aan de slag met het opbouwen van een geluidslandschap (= het geheel van geluiden en klanken nabootsen dat thuishoort op een bepaalde plaats) bij het schilderij. Ze mogen zelf kiezen of ze binnen hun groepje een dirigent aanstellen, samen spelen, of iedere muzikant om de beurt zijn verklanking laat horen. De LK Laat de LLN ook een titel voor hun klankdecor zoeken. B) Verwerking De luisteraars zitten geblinddoekt in het midden van de cirkel. Ze proberen na te gaan welke elementen op het schilderij er allemaal verklankt worden en op welke manier dat gebeurt. Dat verwoorden ze pas wanneer de uitvoering van het klankdecor helemaal afgelopen is. |